Eerder publiceerden wij in drie delen het bijzondere verhaal van Emma Brinkhuis. Na deze ervaring met schrijven, smaakte het bij Emma naar meer! Daarom schrijft zij af en toe voor ons een column! Lees nu haar tweede column, waarin ze jou meeneemt in haar millenial brein.
Ik zit in de trein en voor mij op het tafeltje ligt ‘Het boek van vreugde’, een boek over een ontmoeting en de gesprekken tussen twee ware vrienden: de Dalai Lama en Desmond Tutu. Een bijzonder boek dat spreekt over lijden en vreugde. Ik kijk op van de bladzijde die voor me ligt en denk na over de woorden die onderaan de pagina staan. ‘Het is ongelofelijk hoe snel lijden kan omslaan in vreugde’, staat er geschreven. Het is ongelofelijk hoe dat eerste het tweede soms zelfs kan versterken voeg ik er in gedachten aan toe.
Ik richt mijn ogen weer op de zinnen voor me, maar mijn millennial brein is door deze korte onderbreking uit op meer prikkels en gedachteloos open ik mijn Instagram. Ik klik op de story die links bovenaan in beeld staat. Het is een foto van een jonge vrouw met haar zoontje in het bos. De vreugde is te lezen in haar ogen. Ik glimlach en voel een deel van haar blijdschap. Een invoelbare vreugde. De story verloopt en gaat geruisloos over in de volgende. Ditmaal één van een andere jonge vrouw. Een foto waarop ze, met een lach op haar gezicht, haar arm in de lucht steekt. De tekst die erbij staat luidt: ‘na drie dagen eindelijk minder hoofdpijn na de chemo’. Een foto die lijden en vreugde doet samenkomen. Een vreugde die makkelijk te missen is als je haar kale hoofd ziet en het woord chemo leest. Ik denk weer aan de zin: ‘Het is ongelofelijk hoe snel lijden kan omslaan in vreugde’. Als deze zin in een beeld gevat zou moeten worden dan was het deze foto geweest.
Ik wend mijn blik af en mijn gedachten gaan terug naar een moment van toen ik zelf ziek was. Het was een zaterdagavond en ik had een paar dagen geleden gehoord dat ik borstkanker had. Ik was thuis met mijn ouders, broertje en vriend van destijds. We waren aan het gourmetten. Het was koud buiten en tijdens het eten begon het te sneeuwen. Als een klein meisje was ik zonder jas aan naar buiten gelopen om naar de sneeuw te kijken. Om de sneeuw te voelen. Met mijn armen gespreid en mijn blik naar boven gericht keek ik naar de vrije val van een oneindige stroom aan witte sneeuwvlokjes. De mensen waar ik het meest van hield zaten binnen op mij te wachten en ik stond buiten te genieten van de rust en tevredenheid die ik mijn lichaam voelde binnenkomen. Ik had borstkanker, maar ik had zelden zulke intense vreugde gevoeld. Het is ongelofelijk hoe snel lijden kan omslaan in vreugde.